Bij beoordelingen in het kader van Participatiewet en de Wet Maatschappelijke Ondersteuning moet het advies van de Gezondheidsraad over ME/CVS betrokken worden. De staatssecretaris van SZW heeft in 2019, mede namens de minister van SZW, de gemeenten in een bericht in Gemeentenieuws van SZW gewezen op het advies van de Gezondheidsraad over ME/CVS en met name op deze aanbeveling:

 “Medische beoordelaars in het kader van arbeidsongeschiktheidsverzekeringen, Wet maatschappelijke ondersteuning, Wet langdurige zorg en Participatiewet erkennen dat ME/CVS een ernstige ziekte is die gepaard gaat met substantiële functionele beperkingen en beschouwen de keus van een patiënt om geen CGT of oefentherapie te doen niet als “niet adequaat herstelgedrag.”

Daarbij wees de staatsecretaris er op dat gemeenten in het kader van de Participatiewet de aanvrager of ontvanger van bijstand kunnen verplichten om mee te werken aan medisch onderzoek of behandeling “ten behoeve van de arbeidsinschakeling”. Dit moet per individuele situatie beoordeeld en er is advies van een arts voor nodig. Het wijzen op de mogelijke verplichting tot behandeling zou tot misverstanden kunnen leiden. Daarom hebben de Steungroep ME en Arbeidsongeschiktheid, de ME/CVS Stichting en de ME/cvs Vereniging in een gezamenlijke brief gevraagd om een aanvullende verduidelijking dat CGT en GET bij ME/CVS geen ‘noodzakelijke behandelingen van medische aard’ zijn, zoals bedoeld in artikel 55 van de Participatiewet.

Daarop heeft de staatssecretaris in 2020 de gemeenten, ter aanvulling van het eerdere bericht, gevraagd om bij de beoordeling of een cliënt met ME/CVS meewerkt aan medisch onderzoek of behandeling het advies van de Gezondheidsraad over ME/CVS te betrekken.

(publicatiedatum: 03-03-2021)

Bron:

Gemeentenieuws van SZW 2019-6, punt 2

Gemeentenieuws van SZW 2020-5, punt 7